Korte rentes

Variabele rente
Bij deze rentevorm stelt de geldgever/bank iedere maand de rente opnieuw vast. Deze "dagrente" is doorgaans lager dan de "vaste" rente. En met de variabele rente kunt u dan ook aanzienlijk goedkoper uit zijn. Nadeel is echter wel dat de maandlasten constant onzeker zijn. Iedere wijziging kan immers omlaag zijn, maar uiteraard tevens omhoog. De variabele rente is dan feitelijk ook uitsluitend geschikt wanneer een forse renteverhoging niet tot financiële problemen kan leiden.

Inlooprente
Veel banken kennen deze mogelijkheid. Tijdens de inlooprente, die doorgaans slechts een of twee jaar duurt, heeft u de mogelijkheid zelf het moment te kiezen waarop u over wilt stappen naar een langer rentecontract. Een goede mogelijkheid wanneer u verwacht dat de rente nog zal dalen. Om de kans te voorkomen dat u bij een onverwachte rentestijging te laat zou reageren, bieden sommige geldgevers de mogelijkheid uw wensen vooraf op te geven.

Rentebedenktijd
Ook dit geldt doorgaans slechts een of twee jaren aanéén. En ook hier gaat het om een periode dat u kunt wachten op een rentedaling. Bij rentebedenktijd wordt echter tevens de mogelijkheid geboden om deze faciliteit achteraan een rentevaste periode te "plakken". Bijvoorbeeld vijf jaren vast plus twee jaren rentebedenktijd. Totaal zeven jaren dus. Zeven jaren zekerheid, met de mogelijkheid gelijk na vijf jaren al over te stappen naar een ander rentecontract.